IB Dutch A - Taal en Literatuur is normaliter een cursus die alleen klassikaal wordt aangeboden. Wanneer een ouder of een leerling graag online Dutch A - Taal en Literatuur wil volgen, dan zal de school (de ib-coördinator) hier expliciet toestemming voor moeten vragen bij het IB (International Baccalaureate). In de praktijk geeft het IB toestemming wanneer er met een docent wordt gewerkt die op dat moment daadwerkelijk werkzaam is als IB-docent op een school. Meester Max kan, voor zowel Taal en Literatuur SL (Standard Level) als Taal en Literatuur HL (Higher Level) deze lessen verzorgen.
Meester Max biedt flexibiliteit. Dat betekent dat we goed kijken naar de unieke situatie, naar de leerstijlen van de leerling en de interesses en leerdoelen van de leerling.
Hoewel we flexibiliteit bieden, zijn al onze online IB-cursussen gebaseerd op hetvolgende:
- Onze cursussen duren, normaliter twee jaar.
- Onze ervaren IB-docenten geven de cursussen momenteel face-to-face op verschillende internationale scholen.
- We volgen de officiële IB-cursusgidsen.
- Onze studenten worden formeel beoordeeld op dezelfde manier als studenten in face-to-face cursussen.
- Wij bieden onze eigen oefenexamens aan en gebruiken officiële IB Dutch past papers om studenten voor te bereiden op hun examens.
Bij Taal en Literatuur heeft de leerling één mondeling examen gedurende de cursus. Daarnaast zijn er aan het eind van het tweede jaar twee schriftelijke examens (paper 1 en paper 2). Het mondeling examen, ook wel individual oral genoemd, vindt plaats aan het eind van het eerste schooljaar (DP1) of het begin van het tweede schooljaar (DP2).
Bij Taal en Literatuur wordt er gewerkt met een aantal 'areas of exploration' .
• Readers, writers and texts / lezers, schrijvers, tekst
• Time and space / tijd en ruimte
• Intertextuality: connecting texts / intertekstualiteit
Vragen die we tijdens de les bespreken, zouden kunnen zijn:
- Waarom bestuderen we taal en literatuur?
- Op welke manieren worden we door teksten beïnvloed?
- Hoe belangrijk is culturele en historische context voor het produceren en het lezen of luisteren van een tekst?
- Hoe kan de betekenis en invloed van een tekst veranderen in een bepaalde periode?
- Op welke manieren kunnen diverse teksten overeenkomstigheden delen?
Gedurende de twee schooljaren, houdt de leerling een portfolio bij. De leerling kan dit ‘learner portfolio’ voor een aantal dingen gebruiken:
- het analyseren van zakelijke en literaire teksten;
- het reflecteren op de bevindingen;
- het vastleggen van connecties tussen de zakelijke en literaire teksten.
Er wordt ook telkens gekeken naar de zeven sleutelconcepten die het IB centraal heeft gezet:
Creativiteit
Communicatie
Representatie
Perspectief
Cultuur
Identiteit
Transformatie
De leerling gaat ook aan de slag met 'global issues' ofwel 'wereldzaken'. Deze global issues zijn van betekenis op grote schaal , ze spelen op internationaal gebied , en ze hebben een impact op de dagelijkse, lokale context .
De verschillende global issues worden verdeeld in vijf categorieën:
- Cultuur, identiteit, gemeenschap;
- Geloofsovertuigingen, waarden en onderwijs;
- Politiek, macht en rechtvaardigheid;
- Kunst, creativiteit, verbeelding;
- Wetenschap, technologie, milieu.
Aan de hand van deze bovenstaande thema's zal de leerling proberen global issues te formuleren aan de hand van de gelezen literaire en zakelijke teksten .